In mijn wijncursussen krijg ik regelmatig verschillende vragen gesteld en het is voor mij soms even schakelen wat men wel en niet weet. Vooral in de beginnersavonden wil men het naadje van de kous, eh wijn weten.
Wijn geurt naar bloemen, appels, hout, en nog veel meer maar meestal niet naar druif. Hoe komt dat?
Als ik dan vertel dat die verschillende aroma’s ontstaan door chemische omzettingen met behulp van de gist die aan het druivensap wordt toegevoegd en dan de naam esthers noem, wordt wijn opeens een stuk minder romantischer.
Heeft een houtgerijpte wijn altijd in een vat gezeten? Helaas, niet alle wijnen die naar vanille en cederhouten sigarenkistjes ruiken, hebben in een houten vat gerijpt. Soms maakt men ook gebruik van houtsnippers in de wijn maar je kunt je voorstellen dat dit niet toegepast wordt bij de topwijnen van de wereld.
En is blauwe wijn ook wijn? Een tijdje geleden was opeens de blauwe wijn hip. Een rare witte wijn waarbij je hersenen niet meer weten wat er aan de hand is. Je ogen zeggen blauw en je neus en mond vertellen je dat het om een witte wijn gaat. Brrr, het is wijn maar niet eentje die je bij mij zult proeven.
Waarom zit er een uitstulping onderaan de fles? Men noemt dit de ziel. Op een onregelmatige ondergrond staat een fles met holle bodem steviger dan een met een vlakke bodem en voor champagne heeft het als extra functie dat de druk van 6 bar goed wordt verdeeld.
Van mijn cursisten hoor ik trouwens ook wel eens nieuwe wetenswaardigheden. Zo schijnt een sommelier van een gerenommeerd restaurant die ziel de aars van de fles te noemen en is hij stellig van mening dat alleen mannelijke sommeliers de fles met hun vingers in de ziel mogen uitschenken.
Kijk, zo leer je nog eens wat!